De economische gevolgen van de coronacrisis zijn enorm, zoveel is duidelijk. Maar hoe staat Nederland er precies voor en op welke manier zal onze binnenlandse economie zich de komende tijd ontwikkelen? Om antwoord op dergelijke vragen te krijgen, geldt het bruto binnenlands product (bbp) al bijna honderd jaar als uitgangspunt.
Dat kromp in het eerste kwartaal van 2020 met 1,5 procent. En als je puur kijkt naar economische groei, zijn de verwachtingen voor Q2 nog somberder. De beperkingen van het bbp-model zijn de afgelopen decennia echter pijnlijk duidelijk geworden. Milieuschade, uitbuiting van mensen en andere negatieve gevolgen van economische groei worden er namelijk niet in meegenomen.
Het is de hoogste tijd om succes te herdefiniëren, en het bbp weer zien voor wat het is: een meetinstrument voor economische activiteit en geen maatstaf voor welvaart.
Wat is het bbp ook weer?
Volgens het CBS is het bbp de totale toegevoegde waarde van alle in een land geproduceerde finale goederen en diensten. Een instrument om economische groei van een land in een bepaalde periode te meten.
Het bbp werd begin jaren ’30 bedacht door econoom Simon Kuznets, die van het Amerikaanse Congres de opdracht kreeg om in kaart te brengen hoeveel een land eigenlijk kan produceren. Deze kennis moest de VS uit de Grote Depressie helpen. Later bleek het bbp voor Groot-Brittannië een goede graadmeter voor de kracht van een oorlogseconomie. Na de oorlog gebruikte de VN het bruto binnenlands product om landen met elkaar te vergelijken, zodat bijdragen, subsidies en stemrechten verdeeld konden worden.
Kuznets ontving een Nobelprijs voor zijn belangrijke werk en het bbp wordt tot de dag van vandaag gebruikt om economische groei te becijferen. Er is alleen een probleem: Het bbp is niet meer van deze tijd.
Achterhaald
In tijden van oorlog was het misschien nog begrijpelijk om onder het mom van ‘alle hens aan dek’ te focussen op de productie van goederen die levens moesten redden. Negatieve gevolgen voor het milieu, slechte arbeidsomstandigheden en massaal oplopende schulden werden gegeven de omstandigheden voor lief genomen. Maar wij leven in een andere tijd. Hoewel er nu ook sprake is van een crisis, weten we inmiddels veel meer over de grote verbanden en dat het herstel anders moet om een nóg grotere ramp te voorkomen: wereldwijde klimaatontwrichting.
Onvolledig
Stel er wordt een bos gekapt. Het hout wordt verkocht en er ontstaat landbouwgrond voor een plantage. Dit levert geld op en draagt bij aan de economische groei en dus het bbp. Maar de gevolgen voor de economie zijn breder dan dit. Het verlies van het bos als CO2 opslag en de achteruitgang van biodiversiteit hebben op lange termijn negatieve gevolgen voor de economie, maar zijn onzichtbaar in de huidige definitie van het bbp.
Daardoor lijkt het op de balans alsof het gekapte bos bijdraagt aan de welvaart van een land terwijl dit feitelijk niet zo is. Economische activiteit is afhankelijk van natuurlijke hulpbronnen. Als we blijven focussen op groei en succes in bbp uitdrukken schept dat het fundament voor steeds groter wordende productie en het gebruik van meer natuurlijke hulpbronnen dan de aarde kan eigenlijk kan herstellen.
Meer aandacht voor welzijn
Welvaart en welzijn zijn niet hetzelfde, stelde MaatschapWij recentelijk. Door ons volledig te richten op economische groei nam de welvaart misschien toe, maar de negatieven gevolgen ervan worden steeds duidelijker. En ook Kuznets zelf waarschuwde al in 1934 voor een doorgeschoten interpretatie van zijn concept: “De welvaart van een natie kan nauwelijks worden afgeleid uit een meting van het nationaal inkomen.”
Als we vragen hoe het met een land gaat, zouden we dan niet vooral moeten kijken naar hoe het is met de inwoners? Zijn ze gezond? Zijn ze gelukkig? Hebben ze toegang tot educatie? Kunnen ze rondkomen? Al deze vragen worden niet beantwoord door het concept bbp. En zo zijn er nog een paar blinde vlekken. Onbetaald werk (zoals mantelzorg of vrijwilligerswerk) wordt niet meegerekend in het bbp, terwijl zij cruciaal zijn voor onze samenleving. Daarnaast is er sprake van toenemende inkomensongelijkheid. Als de kloof tussen arm en rijk steeds groter wordt ontstaat groei zonder vooruitgang.
Rutger Bregman constateerde al in 2013 “het bbp is niet alleen blind voor veel goede dingen, het rekent ook ellende mee alsof het de wereld verbetert. Files, drugsmisbruik, vreemdgaan – het zijn goudmijntjes voor tankstations, afkickklinieken en echtscheidingsadvocaten.”
Op zoek naar de glazen bol die helpt om de werkelijkheid beheersen en de toekomst voorspellen, moeten we dus verder kijken dan bbp.
Wat zijn de alternatieven?
De discussie over een verbeterde versie van het bbp is al in volle gang. De EU Commissie kijkt bijvoorbeeld naar een nieuwe definitie van het bruto binnenlands product. Hierbij staan de kwaliteit van de economie en het welzijn van de mensen centraal, in plaats van alleen de kwantiteit van economische activiteiten. In lijn met de ideeën van de Doughnut Economie van Kate Raworth wordt er nagedacht over het stellen van planetaire grenzen en sociale minimumstandaarden waarbinnen economische activiteit kan plaatsvinden.
Welzijn moet beter gemeten worden en consumeren moet slimmer worden, stelt Tim Jackson. En als je het aan economisch antropoloog Jason Hickel vraagt, hebben we niet meer groei nodig om het leven van mensen te verbeteren. Door wat we al hebben simpelweg eerlijker te verdelen en daarnaast in publieke goederen te investeren, kunnen we onze sociale doelen nu al bereiken. Dit gaat samen met het slimmer nadenken over onnodige industriële activiteit en de ideeën om van bezit naar gebruik te gaan.